Deel 2:
Het āoorspronkelijkeā paard krijgt zijn voedingsstoffen binnen die bij nodig heeft uit gras, hooi, kruiden en ander āruwvoerā dat in de natuur beschikbaar is. Maar onze paarden van nu, moeten werken voor de kost en dus geven wij extraās zoals brokken (
biks in allerlei varianten, met en zonder toevoegingen) en als we erg gezond denken te doen de populaire
mueslies. Vroeger gaf men geen
biks, wel witte en zwarte haver, gerst en maĆÆs.
Voedingsstoffen hebben allemaal een bepaalde 'verterings- en afbraak'snelheid - geef je natuurlijk voedsel ( dat wil zeggen gras, hooi, natuurlijke haver, gerst en ongebroken maĆÆs) dan gaat de darmenfabriek van het paard stap voor stap aan het werk en breekt in bepaalde volgorde de stoffen in het natuurlijke voedsel af en zet deze stoffen om in de 'voeding' die een organisme nodig heeft om te bestaan. Waar gaat het nu fout????
Welnu, volgens de 'deskundigen' gaat het fout met de
biks Ʃn de
mueslies die wij gemakshalve tegenwoordig aan de paarden voeren!!!
Waarom? In het
biksbrokje, en de 'ontsloten'granen van de
muesli, zitten bepaalde stoffen, zoals suikers (koolhydraten) die metƩƩn opneembaar zijn. Zou je de koolhydraten in b.v. haver voeren op een natuurlijke manier ( dus de onbewerkte, niet fijngemalen of ontsloten korrel), dan zijn de koolhydraten langzamer in het verteringsproces beschikbaar. De natuurlijke volgorde van het verteringsproces wordt dus eigenlijk verstoord... de bacteriƫn in de darmen werken 'over-time', scheidden mƩƩr gifstoffen af en die worden vervolgens door het grootste uitscheidingsorgaan van het paard - de huid - afgescheiden . Onderzoek heeft echter ook aan het licht gebracht dat de gifstoffen echter ook voor een groot deel van de in het bindweefsel opgeslagen.
De in het weefsel opgeslagen gifstoffen veroorzaken minieme ontstekingsreakties, en veroorzaken irritatie (dus jeuk). De gifstoffen die wĆ©l uitgescheiden worden hebben een zoetige geur, voor ons niet waarneembaar, maar wĆ©l voor de cullicoides-mug! Het speeksel van het mugje veroorzaakt dan nóg meer irritatie en....Voeg het ƩƩn bij het ander... en je hebt staart- en manenexceem.!! En voor degenen die toch erg gehecht zijn aan de cullicoides-mug als veroorzaker van SeMe⦠deze vliegjes zijn er inderdaad vanaf het vroege voorjaar tot en met de herfst. En zo wordt er beweerd āmijn paard heeft helemaal geen last van SeMe buiten die periodesā⦠realiseer je dan echter dat de mugjes een extra belasting vormen voor het al aangetaste paard, maar mogelijk toch niet de oorzaak zijn. Wat wel heel duidelijk meespeelt in de voorjaars- tot en met herfstperiode is de intensivering van het ultra-violet licht (UV-A-B)dat de huid van het paard behoorlijk belast en daarop inwerkt. We kennen uit onze āmensenwereldā inmiddels allemaal wel de adviezen om niet meer intensief te zonnebaden ( huidkanker, versnelde veroudering etc). En het gat in de ozonlaag niet te vergeten.
De 'oplossing' lijkt dus voor de hand te liggen en is eigenlijk hƩƩl eenvoudig: terug naar de natuur en je paard geen 'moderne voedingsmiddelen' oftwel makkelijk en snel opneembare suikers/koolhydraten geven. Dus... in plaats van brok,
biks en
muesli... weer terug naar vroeger: witte en zwarte haver, gerst en de hele korrel mais. In de juiste verhouding, dat wel. Verder beveelt men aan: geen suikerhoudende produkten te geven aan SeMe paarden zoals appels, wortels, voederbieten en vooral geen kuilvoer.
Het bovenstaande is gebaseerd op de theorieĆ«n ( en mijn interpreatie daarvan) van de heren Taal en Van der Hulst, die zoals wellicht bekend onderzoek verricht hebben voor het Fjordenstamboek en daarbij tot zoān 80% van de paarden genezing bereikt hebben. De heer Taal heeft een middel ontwikkeld dat in kuurvorm aan het paard gegeven moet worden en dat kennelijk op basis van voorafgaand bloedonderzoek bepaald wordt. Ik kan daarover verder niet oordelen, heb zelf geen kuur van dit medicijn gebruikt.
Wat ik wel gedaan heb is de idee van het voedingsregime dat Taal aanbeveelt zo dicht mogelijk te benaderen en heb al mijn paarden van de brok en de
muesli afgehaald. In plaats daarvan geef ik iets meer ruwvoer in de vorm van hooi ( 1kg tot 1,5 kg per 100 kg lichaamsgewicht per dag) en daarnaast een ouderwetse granenmix bestaande uit zwarte en witte haver, gerst, tarwe en mais met toegevoegde vitaminen en mineralen. (Subli, Granenmix +)
Die extra voeding is wĆ©l nodig omdat de meeste paarden niet meer zo ānatuurlijkā gehouden worden ( o.a. door verkeerd en bemest grasland, of omdat ze domweg in maneges en pensionstallen op stal moeten staan) dat ze alle benodigde vitaminen/mineralen uit het weiland kunnen halen en de kwaliteit van hooi zeer variabel is qua voedingsstoffen. Bovendien geldt voor mijn paarden dat deze in āzwareā training staan. De hoeveelheid granenmix die ik mijn paarden geef is echter minimaal en overstijgt voor bv mijn grootste en meest getrainde paard ( circa 700 kg) niet meer dan ¾ kg tot 1 kg per dag, verdeeld over 2 voedingen.
Ik denk dat paarden die, zoals de meesten van jullie paarden, recreatief gereden worden, nog wel met wat minder toekunnen.
Naast de genoemde voeding die ik geef, lopen de paarden overdag op de wei en eten gras.
Het resultaat van deze nieuwe manier van voeren is opmerkelijk en loopt parallel aan de bevindingen van Frans en Ilona. De ākriebeligeā Fries van het begin van dit lange verhaal schuurt niet meer, heeft nauwelijks nog een plekje, is niet meer ārillerigā en de manenkam is weer normaal ( dus niet meer hard of dik). Mijn testperiode is nu bijna twee maanden.
Natuurlijk moeten we bezien hoe e.e.a.zich voortzet en zich naar het volgende voorjaar gaat ontwikkelen. Maar als de voortekenen niet bedriegen, dan zouden we wel eens naar de eindconclusie kunnen komen dat het ook op deze site aanbevolen advies om geen brok of andere fast-food te geven, tot goede resultaten kan leiden.
Hoewel het niet voor de hand liggend is om ābrok en
mueslies te beschuldigen van verkeerde stoffen zoals E-nummers en schimmelwerende middelen ( de meeste brokken worden voorzien van anti-oxidanten zoals bv bepaalde plantaardige vetten die relatief onschuldig zijn) zou je wel kunnen stellen dat een aantal ātoevoegingenā zoals b.v. soja-schroot wat in veel voermerken verwerkt is, het al gestresste paard nog verder belasten en derhalve af te raden zijn. Soja-schroot, een verborgen probleem! Niet alleen schrik je je kapot als je de risico-analyses van sojaschroot en sojaschilfers leest ( van bacteriĆ«le besmetting tot en met zware metalen aan toe), maar wat ook bedenkelijk is, is het feit dat in diervoeders genetisch gemodificeerd soja toegestaan is ( genetische manipulatie) waarvan niemand weet wat dĆ”t op termijn aanricht.. enne.. in soja voor humaan gebruik is die soja-variant nog steeds niet toegestaan!
Voor degenen die het experiment willen aangaan om op āouderwetsā en natuurlijk voer over te schakelen: doe het alsjeblieft niet van de ene dag op de andere maar hou een overgangsperiode aan waarin je je oude voer met het nieuwe voer mengt, van minimaal twee Ć drie weken. Daarmee voorkom je dat de darmflora van je paard op ātiltā gaat en je huizenhoge problemen zoals koliek of bevangenheid tegemoet kunt zien.
Marianne