InloggenBookmarks Woordenboek
UitloggenInstellingenForum-hulp!
Warboel
Mix van alle berichten uit alle rubrieken (forum oude stijl)
 
262 berichten
Pagina 10½ van 18
Je leest nu alle berichten van "Realist"
Volg datum > Datum: zondag 17 mei 2009, 21:5317-5-09 21:53 Nr:165051
Volg auteur > Van: Realist Opwaarderen Re:165050
Volg onderwerp > Onderwerp: Re: Hoefbevangenheid door giftige resestenties in grassen Structuur

Realist
Willemstad
Curacao

Jarig op 1-1

262 berichten
sinds 11-6-2008
Diersoort Ergovaline (ppb) Lolitrem
Paard 300-500 Onbekend
Rund 400-750 1800-2000
Schaap 500-800 1800-2000
Tabel 1: Drempelwaarden van giffen ergovaline en lolitrem B voor verschillende weidedieren.
Ppb = parts per billion, dus 10-9 deeltjes wat overeenkomt met ng/g of µg/kg

Bewijs van vergiftiging
Via de hormoonhuishouding beeinvloeden de giffen de volledige stofwisseling en het immuunsysteem:

Hormoon Invloed van de zwenkgrasgiffen op de hormoonspiegel
Prolactine (merrie) Sterk verlaagd
Progesteron (merrie, pasgeboren veulen) Sterk verlaagd
Oestrogeen (merrie) Verhoogd
Cortisol (pasgeboren veulen) Verlaagd
Cortisol (rund) Verhoogd door ergotaminetartraat of ook wel verlaagd
Schildklierhormoon T3 (pasgeboren veulen) Verlaagd
ACTH (pasgeboren veulen) Verlaagd
Tab 2: Invloed van de giffen van rietzwenkgras op sommige hormonen
Bronnen: Cross ET AL. 1995, Browning ET AL 1998, Kennington 2003, Strickland ET AL. 2007, Thompson ET AL, 2001.

Prolactine wordt door ergovaline zo consistent, dat DeLorme ET AL (2007) voorstellen dit hormoon als bewijs te gebruiken dat er sprake is van vergiftiging. Lyserginezuur is een afvalproduct van elgotalkkaloïden en worden door paarden in de urine uitgescheiden (Schultz ET AL 2006, Strickland ET AL. 2007) De volgende tabel laat zien welke stoffen in welke substraten aantoonbaar zijn:

Subsantie Substraat
Lolitrem B Bloedserum/ -plasma
Lolitrem B Perirenaal vet
Ergovaline Ontlasting
Lyserginezuur Urine
Lolitremen, ergotalkaloïden Voer
Prolactine Bloedserum/ -plasma
Tabel 4: Substanties en de substraten waarin ze aantoonbaar zijn.
Bronnen: DeLorme ET AL. 2007, Duringer 2007a,b, Miyazaki ET AL. 2004, Schultz ET AL 2006, Strickland ET AL 2007, Stuedemann ET AL 1998.
Volg datum > Datum: zondag 17 mei 2009, 21:5317-5-09 21:53 Nr:165052
Volg auteur > Van: Realist Opwaarderen Re:165051
Volg onderwerp > Onderwerp: Re: Hoefbevangenheid door giftige resestenties in grassen Structuur

Realist
Willemstad
Curacao

Jarig op 1-1

262 berichten
sinds 11-6-2008
In de VS en in Aurstralie vindt men labaratoria die gespecialiseerd zijn in de analyse van ergovaline en lolitrem B (Duringer 2007a,b, Reed 1999b. In Europa wordt dit soort werk alleen door privélaboratoria gedaan. Lyserginezuur is een basiselement van LSD (afkorting van het duitse woordlysergsäurediäthylamid = lyserginezuurdiëthylamide). Het aantonen van de aanwezigheid van deze substantie zou geen probleem moeten zijn voor laboratoria die zich bezighouden met het opsporen van verdovende middelen. Lolitrem B blijft in het perirenale vet (buikvet rond de nieren) van geslachte runderen aantoonbaar tot een concentratie van 210 ppb (Miyazaki ET AL. 2004).

Preventieve maatregelen.
Het is natuurlijk beter om bij voorbaat het gifgehalte in het voeder te meten dan naderhand te bewijzen dat het dier vergiftigd is (Yoder & Fournier 2002. Bohnert & Merrill (2006) beschrijven hoe men statistisch correcte stalen uit hooi moeten nemen en waar men deze stalen heen kan sturen om geanalyseerd te worden.
In geval van groenvoer dat mogelijkerwijze gif bevat, moet men verhinderen dat de giffen vanuit de darm in de bloedbaan terecht komen (Stuedemann ET AL. 1998). Hiertoe gebruikt men gifbindmiddelen (bv. Gistwandbestanddelen, biergist, aluminiumsilscaat, bentoniet, clinoptiloliet, diatomaarde). Een overzicht wordt gegeven door Huwig ET AL. (2001) en Evens & Dawson (2007).

Ergotisme wordt in het algemaan met papaverine behandeld (Hapke 1975). In geval van drachtige merries is vooral Domperidon betrouwbaar gebleken om complicaties bij de geboorte en het zogen te verkomen (Cross ET AL, 1999). De exacte doses en de kosten voor de behandelijk werden berekend door resp. Cross ET AL (1999) en Jennings ET AL (No date).
Volg datum > Datum: zondag 17 mei 2009, 21:5417-5-09 21:54 Nr:165053
Volg auteur > Van: Realist Opwaarderen Re:165050
Volg onderwerp > Onderwerp: Re: Hoefbevangenheid door giftige resestenties in grassen Structuur

Realist
Willemstad
Curacao

Jarig op 1-1

262 berichten
sinds 11-6-2008
Verklaring voor het trage onderzoek naar het verband.
Hoewel er al in 1898 werd geschreven over de aanwezigheid van endofytische schimmels in lolium zaden (Vogl 1898, geciteerd door Hesse 2002 en Hoveland 2005) duurde het vanwege geldgebrek, pech en menselijke inschattingsfouten nog heel lang voordat er een duidelijk verband werd aangetoond tussen deze schimmels en vergiftiging van weidedieren (Hoveland 2005). Alleen dankzij de grote volharding van sommige mensen, ten dele dwars tegen de bevelen in van superieuren die de zaak niet de moeite waard vonden, kwam er uiteindelijk een doorbraak tot stand (zie Hoveland 2005: The tall Fescue On-line Book). Afegzien daarvan wilden vele wetenschappers die hard in een andere richting hadden gezocht deze (te) eenvoudige oplossing aanvankelijk niet accepteren. Pas in de jaren ’70 kon het raadsel opgelost worden: men had te maken met goftige endofyten. Maar tot in de jaren ’80 van de afgelopen eeuw realiseerde men zich niet dat er een verband bestond met het telen van resistentie grassen. Pas in de jaren ’90 nadat men endofyten-vrije grassen begon te telen om ernstige vergiftigingen van weidendieren te vermijden (Reed 1999A,B, Seed & Feed 2000), nleek dat niet de grassen op zich resistent waren, maar dat de symbiose ,et de schimmel de resistentie teweegbracht..
Hoveland (2005) schrijft het volgende over de achtergronden van het onderozek naar de samenhang tussen de vergiftiging van dieren en endofytische giffen:

“J.K, underwood and co-workers in Tennessee noted with great insight that the animal signs were similar to those of engotism but they eliminated this possibility because there weren o ergot sclerotia (Claviceps purpurea) in tall fesceu seedheads (unpublished, 1954). Surprisingly, this clue was not followed up, perhaps because such unfavourable news might hinder sales of tall fescue seed grown by some producers (personal communication, H. A. Fribourg, as related to him by the late J.B. McLaren). Instead, research was concentrated on external plant fungi, plant alkaloids, toxins produced in the rumen, and anions during the 1950s-1970s (bush et al., 1979).’

Tijdschrift: “De Hoef” nr 137
Volg datum > Datum: zondag 17 mei 2009, 21:5817-5-09 21:58 Nr:165055
Volg auteur > Van: Realist Opwaarderen Re:164280
Volg onderwerp > Onderwerp: Re: goed graszaad? Structuur

Realist
Willemstad
Curacao

Jarig op 1-1

262 berichten
sinds 11-6-2008
Onder de titel: Hoefbevangenheid door giftige resestenties in grassen heb in het artikel wat in aanhaalde in dit topic geplaatst.
Mijn eerste 5 berichten daar zijn het complete artikel min de literatuurlijst.
Deze wil ik nog wel overnemen maar tis me nu even te veel werk.
Je leest nu alle berichten van "Realist"
Warboel
Mix van alle berichten uit alle rubrieken (forum oude stijl)
 
262 berichten
Pagina 10½ van 18
 InloggenBookmarks Woordenboek
UitloggenInstellingenForum-hulp!

Deelnemers online: 0 verborgen deelnemers.
contact